Living Buildings founder Ferdinand Wieman was keynotespreker op het jubileumevent van KWK Huisvestingsadviseurs. Zij vieren hun 10-jarig bestaan op donderdag 27 juni 2019. Dit event hielden zij in de oude bioscoop Kriterion op het dak van het Groot Handelsgebouw in Rotterdam. Sindskort is KWK ook in dat gebouw gevestigd. Ferdinand sprak voor ruim 300 genodigden over het belang en de toekomst van Living Buildings.
Over KWK Huisvestingsadviseurs
KWK gelooft dat betekenisvolle gebouwen zorgen voor tevreden gebruikers. Door te denken vanuit het gebruikersperspectief worden verandertrajecten in huisvesting van overheid, onderwijs, veiligheidsdomeinen, kantoren en zorg, op een unieke, bewezen en succesvolle manier voorbereid, begeleid en geëvalueerd. Wij werken samen met onze opdrachtgevers aan een betere, duurzame en betekenisvolle werkomgeving voor ons allemaal.
Keynote
Wil je ook een keynote op jouw event? Neem dan contact op!
In een bedrijfsverzamelpand in Eindhoven worden, door toepassing van betaalbare technologieën, verregaande energiebesparing, waterreductie en comfortverbetering gerealiseerd. Eigenaar, verhuurder, sensorontwikkelaar, online platform en huurders werken samen aan een innovatief project, Smarter Buildings genaamd. Doel is om betaalbare oplossingen te bieden voor bestaand vastgoed op nationaal en Europees niveau.
Europees programma
Smarter
Buildings is onderdeel van OP-Zuid, een zesjarig Europees subsidieprogramma.
Het Eindhovens project wordt begeleid door Sander Smit. “Dit project heeft
subsidie gekregen om te testen of de ingezette technologieën ook betaalbaar, uitvoerbaar
en internationaal schaalbaar zijn. Bijzonder aan deze business case is, dat
niet alleen de energie- en waterbesparing wordt gemonitord, maar ook de functie
van het gebouw en de effecten van die functies op het welzijn van de huurders. Dus
echt een Living Buildings project.” Dat zijn gebouwen, die een positief en
duurzaam effect hebben op de mens, haar leefomgeving en de wereld.
Cross-over
“Essentieel
onderdeel van het programma is dat de ervaringen, die worden opgedaan in dit
Eindhovens kantoorproject, cross-over worden toegepast in een ander gebouw,
namelijk een woonzorg complex in Culemborg. Daar wordt getest hoe de in
Eindhoven ingezette technologieën worden ervaren door (dementerende) ouderen,”
aldus Sander.
Oud Philips pand
Het Eindhovens project wordt uitgevoerd in een voormalig Philips kantoor uit 1959 met een gebruiksoppervlakte van 1100 m2. “Het gebouw is door toepassing van ons shared facility concept S-CLUSIV multi tenant geworden”, zegt Chantal Custers, werkzaam bij de verhuurder.
‘Verslimmen’ van gebouwen op leeftijd
“Als
ontwikkelaar en leverancier van het platform is Simaxx vanaf het begin betrokken
bij dit project”, geeft Wilfred van der Plas aan. “Het is onze uitdaging om
bestaande gebouwen van een bepaalde leeftijd te ‘verslimmen’. Er zijn enkele
tienduizenden gebouwen in Nederland, waar je met betaalbare technologieën echt impact
kunt hebben op de duurzaamheid en leefbaarheid van het gebouw. Wij maken zo
veel mogelijk gebruik van de technologie, die al in het gebouw zit, zoals de
gas- en elektrameter. Maar wel met de toevoeging van nieuwe sensoren. Een van
onze belangrijkste taken is, om voor elke stakeholder de juiste informatie uit
het gebouw aan te leveren. Dat vergt veel afstemming met de eigenaar,
verhuurder en huurders.”
Duurzamer, gezonder en comfortabeler
Jan
Mink ontwikkelt met zijn bedrijf VTEC Lasers & Sensors de sensoren voor het
project. Deze sensoren meten onder meer temperatuur, aanwezigheid van personen,
luchtvochtigheid, CO2, vluchtorganische stoffen en licht. Jan: “De data uit
onze ClearClimate sensoren worden door Simaxx vertaald naar informatie voor de eigenaar,
Stichting Beheer Boschgoed, verhuurder KRAGT en natuurlijk de huurders zelf. We
willen met de informatie, die we de komende maanden zullen verzamelen, het pand
nog meer laten floreren. Zodanig dat het ook echt een Living Building zal
worden, dus duurzamer, gezonder en comfortabeler voor de huurders!”
Betaalbare technologie
Chantal:
“Na het vertrek van twee grote huurders, mede als gevolg van het ontbreken van
klimaatbeheersing, was er een urgentie ontstaan. Maar hoeveel investeer je nog
in een oud kantoor, als het gebouw binnen een paar jaar mogelijk omgebouwd zal
worden naar woningen? Wat ons betreft met technologie, die betaalbaar is en er
voor zorgt, dat de bestaande huurders in ons gebouw willen blijven, omdat het klimaat
en het comfort op orde zijn.”
Inzicht in gebruik en gedrag
Door
de ingezette technologie heeft de verhuurder al veel meer inzicht gekregen in
het energie- en watergebruik, maar ook in het gedrag en gebruikspatroon van de
huurders. Chantal: “Hierdoor weten we heel nauwkeurig wat er daadwerkelijk in
het gebouw gebeurt en kunnen wij die informatie zo optimaal mogelijk vertalen
naar gebruikscomfort voor onze huurders.”
Betrokken huurders
“We
waarderen het dat onze huurders zich betrokken voelen bij het Smarter Buildings
project. Zij hebben onder meer toestemming gegeven voor het plaatsen van een
sensor in hun kantoor,” zegt Chantal. Zo geeft Sander aan: “Je wil namelijk zo
min mogelijk inbreuk maken op de privacy van de huurders. Voor de betrokkenen
bij dit soort projecten kan dat nog wel eens een uitdaging zijn.” Een van de
huurders in het pand, architect Margriet Eugelink zegt: “De sensor hangt nu
sinds enige tijd in mijn kantoor. Er is een paar keer contact geweest hierover,
maar verder wordt er in deze fase nog niet zoveel over gecommuniceerd.” De
samenwerkingspartners herkennen dat en werken op dit moment aan de ontwikkeling
van de dashboards, die invulling geven aan de interne communicatie met de
huurders.
De mens is leidend
De
partners van het project zijn het unaniem met elkaar eens. Het zijn de mensen,
die gebouwen tot Living Buildings maken. Het is dus niet de technologie die
leidend is, maar het duurzamer, gezonder en comfortabeler werken, wonen of
verblijven van de mens in dat gebouw. Community management maakt daar volgens
hen een integraal onderdeel van uit. Ze hebben zich daarom ook ten doel gesteld
om meer verbinding te realiseren met en tussen de huurders als community in dit
Living Building in wording.
Externe media
Dit door Living Buildings geschreven artikel is gepubliceerd op de website en in het magazine van F-facts. En op de website van Platform Duurzame Huisvesting.
NovaGo is een online platform voor
ruimte- en werkplekbeheer voor kantoren en het onderwijs. Dit Rotterdamse
bedrijf stelt de mens als eindgebruiker in het gebouw centraal en niet de technologie.
Alleen als je dat consequent doet, kan volgens Sander Donkers en Gerard Soeteman
sprake zijn van een Living Building.
Gat in de markt
Sander: “Het
viel ons op dat er een grote discrepantie zit tussen roosterprogramma’s en het
werkelijk gebruik van ruimten. Gerard en ik zagen echt een gat in de
onderwijsmarkt met MySchoolApp en in de kantorenmarkt met MyOfficeApp.” Huisvesting
adviesbureau KWK was vervolgens bereid om mee te investeren en zorgde voor een
nog betere ontsluiting met de onderwijs- en kantorenmarkt. PROCIT haakte als internationaal
opererende IT partner aan. Het bedrijf is bewust onder een internationaal
klinkende naam opgericht, vanwege de buitenlandse ambities.
Menselijk kapitaal centraal
Gerard: “Vanaf
de start hebben we het online platform vanuit de vraag van onze klant
ontwikkeld. Door consequent te werken vanuit die stevig doordachte filosofie én
door onze jarenlange werkervaring aan de gebruikerskant van kantoren en het
onderwijs, ontwikkelen we onze producten en diensten ook écht vanuit die
klantbehoefte. Het menselijk kapitaal staat bij ons centraal!” Sander: “De
technologie is altijd volgend! Daarin onderscheiden wij ons absoluut ten
opzichte van andere aanbieders.”
Gebruikers faciliteren
Het platform helpt
gebruikers, door inzet van de ontwikkelde technologie, onder meer om de goede werkplek
te vinden. Gerard: “Ons motto is niet voor niets; Wij helpen mensen het beste
uit zichzelf te halen. Hoe hoort een ideale werkdag te beginnen? Wat past
vandaag bij mijn werkzaamheden? Die vragen beginnen al thuis, bij de raadpleging
van de app. Ik denk dat mensen heel gelukkig worden, als ze gefaciliteerd
worden, om te kunnen bepalen waar ze kunnen werken. Dat kan op kantoor zijn,
maar ook thuis.” Sander: “Wij geven organisaties inzicht in het gebruik van hun
vastgoed. Ons online platform is vooral interessant voor kantoren vanaf 300
medewerkers.”
Veiligheid en privacy essentieel
Bij het
realiseren van een Living Building is het volgens Gerard en Sander essentieel
dat de IT veiligheid van de systemen en de privacy van de mensen in de gebouwen
uitstekend worden geborgd. En naar eigen zeggen voldoen zij daaraan. “Wij zijn
er trots op dat wij onze meetsensoren zelfs in de strengst beveiligde gebouwen van
Nederland mogen plaatsen,” aldus Gerard.
‘War for talent’
Gerard en
Sander merken dat, mede als gevolg van de ‘war for talent’, organisaties steeds
harder hun best doen om medewerkers te faciliteren in hun gebouwen. Daar waar
het vroeger ‘not done’ was om een app van je werk op je telefoon te hebben, is
dat nu heel gewoon. Gerard: “Je ziet dat de ‘work life balance’ de afgelopen
jaren echt is verschoven. Zo werken we bijvoorbeeld veel vaker thuis. Dus ook
thuis moeten medewerkers gefaciliteerd worden. Onze app voorziet daarin.”
Gezonder en duurzamer exploiteren
Sander: “Ik zie
dat klanten, steeds meer werk willen maken van Living Buildings, door het
gezonder en duurzamer exploiteren van hun gebouw. Zij zijn zoekende naar een
passend en aantrekkelijk aanbod voor hun medewerkers. Anderzijds zijn aanbieders
volop bezig met het ontwikkelen van online platforms daarvoor. Ik verwacht dat de
marktvorming van die platforms, de komende 3 jaar nog een behoorlijke vlucht
zal gaan nemen. Het zal echt een markt op zich gaan worden.”
Niet teveel lastigvallen met techniek
Gerard: “Onze
concurrenten zijn vooral actief bij de allergrootste bedrijven. Echter, dat is
slechts 4 tot 5% van de kantorenmarkt. Deze kleine categorie bedrijven kan zich
‘high tech-m2’ permitteren, zoals Microsoft en bedrijven aan de Zuidas. We focussen
ons vooral op bedrijven, die op zoek zijn naar een moderne oplossing, die
minder investering in het gebouw vraagt. We willen de gebruiker ook niet teveel
lastigvallen met techniek op de werkplek, maar hen via een app gewoon de plaats
kunnen wijzen, waar het bijvoorbeeld rustiger, kouder of warmer is.”
Living Building ambities
Sander: “Wij
richten ons dus op gebouwen, waar we revitaliseren én een koppeling willen realiseren
tussen een planningstool, ons pakket en een gebouwbeheersysteem.” Ze willen binnenkort
een pilot starten, die bedoeld is voor grote bedrijven (500+), die graag hun
vastgoed willen revitaliseren. Gerard: “Een kantoor of onderwijsinstelling met
Living Building ambities.”
Keep itsimple
Terugkijkend op
de afgelopen 5 jaar, zijn Sander en Gerard vooral trots op waar ze nu als
volwassen bedrijf staan. Daar past ook hun nieuwe kantoor in het Groot
Handelsgebouw Rotterdam bij, dat zij per 1 juni gaan betrekken. Gerard: “Ons
advies is; hoe ingewikkeld het ook lijkt, help alsjeblieft de eindgebruiker!” Sander:
“Benut vooral ook de potentie van wat je al aan techniek in je gebouw hebt zitten!
Er is daarmee nog zoveel te winnen. Faciliteer de mensen in je gebouw zoveel
mogelijk en ‘keep it simple’! Er is pas écht sprake van een Living Building, als
de mensen in die gebouwen ook daadwerkelijk worden gefaciliteerd, om het beste
uit zichzelf te halen.”
Living Buildings interviewreeks
Om meer aandacht te vragen voor Living Buildings worden experts
geïnterviewd, die hiermee bezig zijn. Living Buildings staat voor een holistische
en integrale benadering van gebouwen. Waarbij gebouwen een positief en duurzaam
effect hebben op de mens, haar leefomgeving en de wereld. In deze
interviewreeks belichten zij de inspanningen en resultaten van die betrokken stakeholders.
Ieder vanuit zijn of haar expertise.
Wie Lodewijk Hoekstra zegt, denkt gelijk aan Nederlands bekendste tv-tuinman. Hij presenteerde jarenlang ‘Eigen Huis en Tuin’ en sinds juli 2018 ‘De Grote Tuinverbouwing’. Wat velen niet weten, is dat Lodewijk naast tuinman ook ondernemer en een groot voorvechter is van een duurzame wereld. In dit Living Buildings Expertinterview deelt hij zijn integrale visie op de toekomst van vastgoed. Lodewijk is er namelijk van overtuigd dat de komende jaren de impact van de natuur op de vastgoedwaarde groter zal worden dan ooit!
Sluitstuk in begroting
Volgens Lodewijk zijn groen en de natuur vaak nog het sluitstuk in de begroting. Terwijl de waarde van het vastgoed gemiddeld maar liefst 10 tot 15% stijgt in een groene omgeving. Men moet dan ook goed nadenken over de interactie tussen het gebouw en zijn omgeving. Lodewijk: “We stellen ons als groene sector nog veel te bescheiden op. De rol van de groenvoorziener is velen malen belangrijker dan men denkt!”
Groen is vaak niet ‘groen’
Volgens Lodewijk kan er nog veel verbeterd worden aan het kennisniveau over groen, over de natuur én de impact daarvan op vastgoed. Hij vindt dat bouw- en vastgoedprofessionals nog te veel met ‘de stenen’ zelf bezig zijn. Dit, terwijl de waarde van het vastgoed aantoonbaar verhoogt, door te investeren in vergroening van de directe leefomgeving. “Architecten gaan momenteel helemaal ‘los’ met groen. Maar wat velen zich niet realiseren is, dat het gebruikte groen, vaak helemaal niet ‘groen’ is. Veel beplanting is bijvoorbeeld niet duurzaam gekweekt”, aldus Lodewijk.
Integraal en biobased
Lodewijk wil voorkomen dat de inzet van groen beperkt blijft tot een ‘groene spread’. Hij voorziet dat alleen een integrale aanpak met biobased solutions voor de natuur en het groen, toekomstbestendig is voor de waardevermeerdering van het vastgoed. Lodewijk vindt Park 20|20 in Hoofddorp een uitstekend voorbeeld van die samenwerking tussen vastgoed- en groenprofessionals. De meeste vastgoedprofessionals kunnen daar nog veel van leren.
Meten is weten
Vastgoedbedrijven willen er natuurlijk zeker van kunnen zijn, dat de waarde van hun vastgoed ook daadwerkelijk vermeerdert, door te investeren in groen en de natuur. Centrale vraag is hoe deze groene impact op gebouwen meetbaar en financieel kwantificeerbaar gemaakt kan worden. Nico Wissing, tuin- en landschapsarchitect en Lodewijk Hoekstra hebben in 2012 rondom dit vraagstuk de krachten gebundeld in NL Greenlabel. Zij maken de leefomgeving duurzaam en meetbaar met het NL Gebiedslabel. Op productniveau doen zij dat met het Duurzaamheidspaspoort.
Proces belangrijker dan label
Lodewijk: “Het gaat er niet eens zozeer om, dat je een label behaalt. Of dat nu van BREEAM, NL Greenlabel of van een andere organisatie is. Het proces dat het bedrijf daarbij doorloopt is vele malen belangrijker!” Hij is blij dat steeds meer bouw- en vastgoedbedrijven, zoals Heijmans en Ballast Nedam, een integrale aanpak nastreven en die duurzame stappen in de leefomgeving aan het zetten zijn. Niet omdat het wettelijk moet, maar omdat ze ervan overtuigd zijn. Lodewijk: “De mens, het milieu én het vastgoed zullen alleen dán toekomstbestendig zijn, als er vanaf nu alleen nog natuurinclusief gebouwd én geëxploiteerd zal worden. Samen duurzaam op weg naar Living Buildings dus!”
Living Buildings interviewreeks
Om meer aandacht te vragen voor Living Buildings interviewen Ferdinand Wieman en Mariëlle Wieman experts die hiermee bezig zijn. Living Buildings staat voor een holistische en integrale benadering van gebouwen. Waarbij gebouwen een positief en duurzaam effect hebben op de mens, haar leefomgeving en de wereld. In deze interviewreeks belichten zij de inspanningen en resultaten van die betrokken stakeholders. Ieder vanuit zijn of haar expertise.
Op maandag 4 februari zijn, tijdens een feestelijke uitreiking, de winnaars bekendgemaakt van De Nederlandse Bouwprijs. Ferdinand Wieman, founder van Living Buildings, was hier uiteraard bij aanwezig.
De jury van de tweejaarlijkse prijs heeft uit 70 inzendingen winnaars en genomineerden geselecteerd die een bijdrage leveren aan de drie pijlers people, planet en profit. Meer dan ooit stelt de maatschappij namelijk kritische eisen als het gaat om energiezuinigheid en het (her)gebruik van grondstoffen, om bij te dragen aan een circulaire economie. De winnende inzendingen zijn actief met dit vraagstuk aan de slag gegaan en hebben daarbij een innovatieve, verrassende en grensverleggende aanpak gekozen.
De prijzen zijn uitgereikt in vier categorieën: gebouwen, bouwmaterialen en -systemen, civiele kunstwerken en talent met toekomst. Per categorie zijn er naast een winnaar en genomineerden ook een aantal eervolle vermeldingen. Eervolle vermeldingen zijn toegekend omdat de jury deze projecten vanwege hun bijzondere bijdrage wil uitlichten om daarmee de sector wil stimuleren dat dergelijke initiatieven ook in de toekomst navolging krijgen.
Biosintrum winnaar in de categorie gebouwen
De Gemeente Ooststellingwerf heeft Paul de Ruiter Architects opdracht gegeven tot het ontwerp van het uitzonderlijk duurzaam BREEAM Outstanding Biosintrum als het bruisende hart van het Ecomunitypark. Het Biosintrum is een energieneutraal gebouw, dat voor meer dan 80% bestaat uit biobased materialen en een inspiratiebron vormt voor studenten en professionals. De jury zegt over deze inzending dat dit een voorbeeldproject is van een integrale aanpak van bio-based materialen, circulair bouwen én waar bovendien de totale groene inpassing in het ontwerp is meegenomen. Heel inspirerend vindt de jury daarnaast het betrekken van de doelgroep bij het ontwerp en de bouw van het gebouw.
SUPERLOCAL-Super Circular Estate de beste in de categorie bouwmaterialen & -systemen
De ambitie van de circulaire gebiedsontwikkeling SUPERLOCAL is om de materialen van drie leegstaande hoogbouwflats te hergebruiken voor de bouw van circa 130 sociale huurwoningen en de inrichting van het openbaar gebied. In 2018 is een Expogebouw opgeleverd, een bouwkundig experiment om te onderzoeken of woningen gemaakt kunnen worden van de materialen en bouwstoffen die vrijkomen bij de sloop van een flat. Het Expogebouw bevat de belangrijkste elementen van een reguliere woning, waardoor het als test fungeert voor het hergebruiken van sloopmaterialen bij de realisatie van nieuwe woningen. De jury prijst het experiment en de manier waarop is nagedacht over groenvoorziening en de waterberging. Ook de sociale aspecten, de innovatieve samenwerking, de gedeelde verantwoordelijkheden en de klankbordgroep is indrukwekkend te noemen.
Hoogwatergeul Veessen Wapenveld is het beste civiele kunstwerk
Tussen Veessen en Wapenveld is in het kader van Ruimte voor de Rivier een hoogwatergeul gerealiseerd. In plaats van het water binnen de bestaande dijken te houden geeft de geul bij extreem hoogwater ruimte aan de IJssel. Door de opzet van de Hoogwatergeul kan bij een normaal en hoog waterpeil het huidige agrarisch gebruik van de gronden in de geul voortgezet worden. De jury is van mening dat hier sprake is van een toonbeeld van landschappelijke schoonheid. Een prachtig staaltje Hollandse Delta met veiligheid binnen een integrale gebiedsaanpak. Volgens de jury is dit het resultaat wanneer een interdisciplinair team van architecten, landschapsarchitecten en ingenieurs gaan samenwerken; een oplossing die doet waarvoor het ontworpen is – hoogwater beheersen – maar die ook mooi opgaat in de omgeving.
Het Talent met toekomst is Saartje van der Made
Saartje van der Made kwam in 2008 bij Benthem Crouwel Architects werken en was net afgestudeerd. Als assistent ontwerper begon zij aan het project Noord/Zuidlijn, de nieuwe metrolijn in Amsterdam. Haar ideeën over de stedenbouwkundige inpassingen van het station hebben geresulteerd in de karakteristieke uitstraling van de entreegebieden, waar het materiaal van de straat overloopt in de entree, om daarna te veranderen in de materialen die typerend zijn voor de ondergrondse ruimte. De jury vindt het prijzenswaardig dat Saartje zo jong en met weinig ervaring een enorme verantwoordelijke en beeldbepalende rol kreeg bij de Noord/Zuidlijn en kan de mening van Saartje bevestigen dat de Noord/Zuidlijn een ‘familie van stations’ herbergt.